Het better than average effect is een van de vele verschijningsvormen van zelfoverschatting (in de Engelstalige onderzoeksliteratuur: overconfidence). Deze familie van denkfouten leidt vaak tot verkeerde inschattingen en teleurstellende uitkomsten. Denk aan faillissementen, crises en oorlogen.
Zelfoverschatting is zeer hardnekkig en wijdverbreid. Mannen en vrouwen uit alle culturen hebben er last van. Een belangrijke reden is dat het tegenovergestelde, zelftwijfel, een evolutionair nadeel heeft: je scoort er niet mee bij je soortgenoten. Dat bepaalde niet alleen de voortplantingskansen van prehistorische piekeraars, maar beïnvloedt ook onze carrière anno nu. We geven een belangrijke klus liever aan een collega die zeker lijkt van haar zaak, dan aan iemand die aarzelt en dubt over zijn eigen capaciteiten.
Recent onderzoek van psycholoog Joey Cheng en haar collega’s laat zien dat zelfoverschatting ook nog eens besmettelijk is. Wanneer je bijvoorbeeld samenwerkt met een collega die zichzelf een beetje overschat, ga jij dat ook doen. Op die manier kan het gebeuren dat een hele afdeling of zelfs een compleet bedrijf op den duur arrogante trekjes krijgt.
Onderzoekers onderscheiden overigens allerlei vormen van zelfoverschatting. Kijk even mee of je ze herkent. Bij jezelf of collega’s.
- Je kunt je eigen capaciteiten hoger inschatten dan ze eigenlijk zijn (overestimation). Je kunt jezelf ook als beter inschatten dan je collega’s (overplacement).
- Je kunt je eigen oordelen als accurater inschatten dan ze werkelijk zijn (overprecision). Dit laatste komt het meest voor.
Daarnaast geloven we graag dat we: meer controle hebben over situaties dan we in werkelijkheid hebben (illusion of control); voor taken minder tijd nodig hebben dan ze echt kosten (timing optimism); en dat iets wat wij wenselijk vinden een grotere kans heeft ook echt te gebeuren (desirability effect).
Hoe voorkom je dat je wordt meegesleept in deze alomtegenwoordige en besmettelijke waan? Een paar tips uit het populair-wetenschappelijke tijdschrift de Scientific American, samengevat in mijn eigen woorden.
Richt je op de juiste informatie. Let bij beoordeling van iemands capaciteiten niet op signalen als lichaamshouding, oogcontact en toon van spreken. Die kunnen nogal misleidend zijn. Kijk liever naar harde feiten. Vraag bijvoorbeeld naar iemands ervaring, kennis en behaalde resultaten. Vraag ook bewijzen op die gebieden. Dit kun je natuurlijk ook op jezelf toepassen.
Waardeer intellectuele bescheidenheid. Leken spreken op radio, tv en online doorgaans met meer zekerheid over actuele kwesties dan wetenschappers. Realiseer je dat twijfel en nuance vaak kenmerken zijn van ervaring en expertise. Hoe meer je weet van een onderwerp, hoe beter je ook weet wat je niet weet.
Goed. Even tussen jou en mij. Natuurlijk hebben wij deze tips eigenlijk niet nodig. Wij hebben per slot van rekening geen last van zelfoverschatting. Als het gaat om correct inschatten van onze eigen en andermans capaciteiten zijn wij – zeker weten – bovengemiddeld. Toch?
Dit is een van de columns uit Ben Tiggelaars bundel Waarom we allemaal beter zijn dan gemiddeld.
Over Ben Tiggelaar
Dr. Ben Tiggelaar (1969) is schrijver, docent en gedragswetenschapper. Hij studeert al 35 jaar op leiderschap, verandering en menselijk gedrag. Ben is onder meer bekend van zijn boeken (Dromen, durven, doen; De Ladder); zijn seminars (MBA in één dag); en zijn columns (elk weekend in NRC).